Als je speelt, kun je worden ‘opgetild’ …
Geschreven door Peter KluitPreview voor de muziekdienst van 8 november.
We zijn welkom in haar atelier in Amsterdam: een werkplaats vol met verschillende, vaak vogelachtige sculpturen. Het is het domein van Ike van Cleeff, die haar werk “Nest 2014” (zie foto hieronder) op 8 november aanstaande in de muziekdienst zal exposeren. Behalve Ike is ook haar nicht en internationaal bekende fluitiste Abbie de Quant met haar partner aanwezig. Samen met Gerrie Meijers zal zij in diezelfde dienst muziek ten gehore brengen van Messiaen (Le Merle Noir), Mouquet en Poulenc. Beiden ervaren het als een voorrecht scheppend bezig te kunnen zijn en hebben ze waardering voor elkaars’ unieke talent.
Het creatieve proces
Gaandeweg ontspint zich een gesprek. Wat was Ike’s gedachte bij het maken van dit beeld? Ike: “Het is een vogel die het nest verlaat. Hij staat op de rand, klaar voor vertrek. De kleur heb ik achteraf aangebracht, geïnspireerd door de aardkleur zoals bijvoorbeeld bij de Grand Canyon in de VS. Ik vind het zelf geweldig om te vliegen. Het staat voor vrijheid. Je laat de wereld achter je, voelt je vogelvrij. Ja, ik heb veel affiniteit met de ruimte, het heelal. Het geeft me veel inspiratie”. En hoe verloopt het dan verder, dat creatieve proces? Ike: “Het is een beeld voor dat proces. Zoals het loskomen van de grond bij een vogel of vliegtuig, betekent kunst maken voor mij ook loslaten. Dat geldt iedere keer opnieuw, bij iedere nieuwe sculptuur: je laat je zekerheden los en begint een nieuw avontuur. En als het dan op z’n best gaat, wordt het een kwestie van volgen. Dan zegt het beeld als het ware ‘hoe het moet’. Hier valt Abbie haar bij: “Mijn werk is vanzelfsprekend anders dan dat van Ike. De componist heeft de muziek ‘geschapen’, maar als musicus moet je die interpreteren en opnieuw (letterlijk, op de fluit!) leven in blazen. Het gaat daarbij om de overdracht van gevoelens en sferen, in wisselwerking met je gehoor. Als je speelt, kun je worden ‘opgetild’. En, als de wisselwerking met het publiek goed is, dan heeft dat iets mystieks. Zo krijgt het creatieve proces iets spiritueels. Je stijgt boven jezelf uit. Maakbaar is dat niet, want het kan ook gebeuren dat het om een of andere reden niet goed overkomt. Ook dat heb ik wel eens ervaren”.
In de kerk
Nu spelen en exposeren jullie binnenkort in onze kerk. Is dat nog anders dan in een concertzaal of een galerie c.q. tentoonstelling? Ike: “Het maakt in wezen geen verschil, maar je hoopt wel dat mensen, door de plek, in een andere stemming komen. De locatie van de kerk maakt mensen hopelijk opener, ontvankelijker”.
Samenvattend zegt Abbie tenslotte: “het gaat om de verwondering die mensen ervaren. Dat kan op allerlei plekken, maar zeker ook in een kerk”.
Antje van der Hoek