4 november 2016

Ds Antje van der Hoek naar Den Haag

Geschreven door

Wellicht heeft u het in de dienst gehoord, van mij persoonlijk of weet u nog van niets? Ik ben beroepen in de remonstrantse gemeente Den Haag. Vanaf februari komend jaar zal ik daar part-time werkzaam zijn, naast een full-time collega. Ik wissel daarmee van ‘filiaal’, maar het ‘bedrijf’ blijft hetzelfde. Daarmee komt eeAntje4n einde aan de vijftien en half jaar dat ik in Haarlem heb gewerkt. Een lange tijd. Ik herinner mij hoe ik begin 2001 solliciteerde en mijn jongste dochter, Tamara, nog maar net geboren was. Inmiddels is ze bijna zestien en mij fysiek boven het hoofd gegroeid. De periode in Haarlem is daarmee voor mij een echte ‘Lebensabschnitt’ geworden, verbonden met het wel en wee in onze gemeente, maar ook met ons gezin met opgroeiende dochters en mijn man Paul.

 

Er is ook in onze gemeente in die tijd veel gebeurt van kerkenraadswisselingen, een ingrijpende verbouwing, de opheffing van de VVP-afdeling, een collegiale wisseling, sterkere focus op de p.r. en wat dies meer zij. Net als in een gezin groei je met die veranderingen mee. Ik denk terug aan de inspirerende samenwerking op het gebied van de muziekdiensten, waarbij we (bijbel)tekst en muziek probeerden te verweven en in te bedden binnen de liturgie. Het heeft mij steeds veel plezier en voldoening gegeven te proberen de spirituele lagen uit de muziek op te diepen. Daarmee komen betekenislagen aan het licht die in een concert vaak wel ervaren, maar niet benoemd worden. Het was fijn op die manier met Gerrie Meijers samen te werken. Veel genoegen heb ik ook beleefd aan het kringenwerk, in onderlinge gesprekken over een scala aan onderwerpen, soms aansluitend bij wat er in het Filosofisch Café aan de orde was geweest. Dat zijn zaken die mij na aan het hart liggen. In dat opzicht heeft het werk voor mij iets van een ‘betaalde hobby’. Maar bovenal draag ik de ontmoetingen met velen van jullie met mij mee: bij een huisbezoek, wijkbijeenkomst of terloops tussen de bedrijven door. Indringend en soms emotionerend waren de gesprekken rond overlijden en uitvaart. En het stemt mij op z’n minst weemoedig wanneer ik van huis, via de N208, op Haarlem aanrijd en denk aan gemeenteleden die daar, links en rechts van die weg, woonden, maar er helaas niet meer zijn.

 

Ik besluit met een regel uit de tweede strofe van een gedicht van Rutger Kopland:” Weggaan kun je beschrijven als/een soort van blijven”. Het beschrijft de paradox van afscheid nemen. Toegepast op mijn situatie: ik draag de herinneringen mee, ga wel weg, maar neem geen afscheid ‘in het hart’. Van mij uit is dat in ieder geval zo. Tenslotte dank ik Sabine du Croo voor onze samenwerking, kerkenraadsleden en vrijwilligers in de secties voor hun grote inzet en betrokkenheid, koster Henk Bosker voor zijn goede zorgen en jullie allemaal, als gemeente, voor de vele goede jaren die ik hier heb gehad!

De afscheidsdienst zal zijn op 12 februari, om 10.30 uur.

 

 

 

 

 

 

 

Gerelateerd